'Ik ben van heel diep gekomen'

Willy Linthout maakt strip om zijn verdriet een plek te geven
Het jaar van de olifant is een van de meest opmerkelijk nieuwe stripreeksen van dit moment. Auteur Willy Linthout – bekend van de immens populaire Urbanus- strips en als scenarist van Roboboy – begon eraan als therapie om het verlies van zijn zoon te verwerken. De delen 3 en 4 liggen deze zomer in de winkel. Net als het eerste deel van zijn nieuwe reeks Het laatste station."Geregeld zit ik nog te wenen achter mijn tekentafel," vertelt hij in een openhartig gesprek.

"Het heeft me nooit moeite gekost om er over te praten. Van het begin af aan kon ik dat. Ik hoef me nergens voor te schamen. Maar er over tekenen, dat is veel moeilijker. Dat kan ik vaak helemaal niet. Boven een leeg vel papier word je ineens geconfronteerd met jezelf, met je pijn. Tekenen kan alleen als ik me daar goed genoeg voor voel. Voor mij is Het jaar van de olifant echter dan een gesprek."
Ruim drie jaar geleden beroofde Sam, de 21-jarige zoon van stripmaker Willy Linthout, zichzelf van het leven. 's Nachts heeft hij het ouderlijk huis verlaten zonder dat ze het wisten. Een agent bracht het echtpaar 's ochtends vroeg het slechte nieuws. Ze dachten dat Sam nog gewoon in bed lag. "Al vrij snel daarna ik met het idee rond de gebeurtenis te verwerken in een strip. Ik was toen al bezig met het scenario voor Het laatste station. Uiteindelijk heeft ook dat verhaal te maken met de dood van Sam. Ik speel met het gegeven wat er met iemand zou kunnen gebeuren voordat hij uit het leven stapt. Maar dat verhaal voldeed voor mij niet. Uiteindelijk stonden de personages in Het laatste station te ver van mij af. Ik wilde iets voor mezelf maken. Dat is Het jaar van de olifant geworden. Iets wat heel dicht bij mezelf staat. Zo dicht, dat ik het niet kon maken zonder hulp van mijn broer Theo. Ik had een klankbord nodig. Het onderwerp van de strip is erg delicaat. Na afloop van het eerste deel waren we allebei kapot. We hebben alleen maar zwijgend tegenover elkaar in het café gezeten. Maar nu het in de winkels ligt, ben ik toch opgelucht. De reacties zijn erg positief. Dat lucht op. Ik was bang dat mensen het niks zouden vinden. Dit album is voor mij heel anders dan mijn andere werk. Het is zó persoonlijk. Ik weet ook niet of ik er straks op stripbeurzen wel mee achter een stand moet gaan zitten. Moet ik in dit boek een grappig poppetje tekenen als iemand me dat vraagt? Ik denk niet dat ik dat kan."
Meer in ZozoLala 155
(Zozolala 155 Augustus / September 2007)